Plan: | Raalte Kern, omgeving Koekoek 1 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0177.BP20090033-0003 |
Op basis van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het daarbijbehorende Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is het verplicht ruimtelijke plannen te 'toetsen op water', de zogenaamde watertoets. De watertoets is vooral een procesinstrument om te waarborgen dat waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op evenwichtige wijze in beschouwing worden genomen bij alle waterhuishoudkundig relevante ruimtelijke plannen en besluiten van Rijk, provincie, gemeenten en waterschappen. Op grond van artikel 3.1.6 uit het Bro moet in de toelichting van ruimtelijke plannen een waterparagraaf worden opgenomen waarin wordt ingegaan op de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishouding. Verder regelt artikel 3.1.1 van ditzelfde besluit het vooroverleg met onder andere het waterschap.
De watertoets moet ertoe leiden dat in het ruimtelijk beleid voortaan wordt geanticipeerd op de vraag naar ruimte voor water. Belangrijk is vooral de vraag of functies wel op de juiste plek komen; volbouwen van laag gelegen droogmakerijen is bijvoorbeeld vragen om problemen in de toekomst.
Het is de provincie die, via de Omgevingsvisie (per 1 september 2009 in werking), bevoegd is tot toekenning van functies. Het waterschap heeft daarin een adviserende rol. De watertoets is echter integraal van opzet, dat wil zeggen dat naast veiligheid en wateroverlast ook aandacht dient te worden gegeven aan verdroging, waterkwaliteit, beheer en onderhoud.
Er wordt naar gestreefd om het bestaande waterhuishoudkundige en ruimtelijke beleid goed toe te passen en uit te voeren.
Relevant beleid
Het beleid van het Waterschap Groot Salland staat beschreven in het Waterbeheersplan 2006-2009, de beleidsnota Leven met Water in Stedelijk Gebied, Strategische Nota Rioleringsbeleid 2007, Visie Beheer en Onderhoud 2050 en het Beleidskader Recreatief Medegebruik. Daarnaast is de Keur van het Waterschap Groot Salland een belangrijk regelstellend instrument waarmee in ruimtelijke plannen rekening moet worden gehouden. Op gemeentelijke niveau is het in overleg met het waterschap opgestelde gemeentelijk Waterplan en het (verbreed) gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) van belang.
Watersysteem
Over het watersysteem kan worden vermeld dat het noorden van Raalte en omgeving afwatert op het Overijssels kanaal. In Raalte is geen sprake van grondwateroverlast. Binnen het plangebied ligt een beschermingszone van een hoofdwatergang van het Waterschap Groot Salland. De functie van deze watergang moet te allen tijde worden gegarandeerd. Hierbij wordt rekening gehouden met de beschermingszone van deze watergang zoals in de Keur van het Waterschap Groot Salland beschreven is. Met betrekking tot deze watergang gelden de binnen de Keur van het Waterschap Groot Salland opgenomen gebods- en verbodsbepalingen. Werkzaamheden binnen de beschermingszone zijn ontheffingsplichtig. Ten behoeve van het beheer en onderhoud geldt langs de watergang (vanaf de insteek) een obstakelvrije zone van 5 meter.
Binnen het plangebied ligt een beschermingszone van een waterkering die op de Legger van het Waterschap Groot Salland is opgenomen. De functie / stabiliteit van deze waterkering moet te allen tijde worden gegarandeerd. Binnen de Keur van het Waterschap Groot Salland worden eisen gesteld met betrekking tot werkzaamheden binnen de beschermingszone van de waterkering. Voor werkzaamheden binnen de beschermingszone van de waterkering is een ontheffing op grond van de Keur van het Waterschap Groot Salland noodzakelijk. Indien een ontheffing noodzakelijk is, wordt deze (na eventueel nader overleg) aangevraagd bij het Waterschap Groot Salland. De beschermingszone van de waterkering is op de plankaart opgenomen als dubbelbestemming "Waterstaatsdoeleinden".
Invloed op de waterhuishouding
Binnen het bestemmingsplan worden niet meer dan 10 wooneenheden gerealiseerd en de toename van het verharde oppervlak bedraagt niet meer dan 1.500 m2. Het plangebied bevindt zich niet binnen een beekdal, primair watergebied of een stedelijke watercorridor. Binnen het plangebied is geen sprake van (grond)wateroverlast.
Voor de aanleghoogte wordt een ontwateringsdiepte geadviseerd van minimaal 80 centimeter. Dit is de afstand tussen de gemiddelde hoogste grondwaterstand (GHG) en het maaiveld. Bij het bouwen zonder kruipruimte kan worden volstaan met een geringere ontwateringsdiepte. Grondwateroverlast als gevolg van afwijkende aanleghoogten is voor verantwoordelijkheid van de initiatiefnemers. Om een goed inzicht te krijgen in het grondwatersysteem wordt geadviseerd om in overleg met het waterschap zo spoedig mogelijk te starten met een grondwateronderzoek. Dit kan op basis van bestaande peilbuizen binnen of in de omgeving van het plangebied of door het plaatsen van nieuwe peilbuizen.
Om wateroverlast en schade in woningen en bedrijven te voorkomen wordt geadviseerd om een drempelhoogte van 30 centimeter boven het straatpeil te hanteren. Ook voor lager, beneden het maaiveld, gelegen ruimtes (kelders, parkeergarages) moet aandacht worden besteed aan het voorkomen van wateroverlast.
Bij de aanleg van eventuele kelderconstructies dient aandacht te worden geschonken aan de toepassing van waterdichte materialen en constructies.
Riolering
Het huishoudelijk afvalwater zal worden afgevoerd via het rioleringssysteem van de gemeente Raalte naar de rioolwaterzuivering. Het hemelwater zal zoveel mogelijk worden geïnfiltreerd in de bodem. Dit is een uitgangspunt van het waterschap. Wanneer dit niet mogelijk blijkt te zijn, kan het hemelwater via een infiltratievoorziening worden afgevoerd naar het Overijssels Kanaal. Wanneer lozing op het oppervlaktewater plaatsvindt, is het aanvragen van een vergunning noodzakelijk in verband met de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo). Daarnaast is voor het lozen op het Overijssels Kanaal een Keurontheffing noodzakelijk. Vindt lozing plaats vanuit een inrichting dan dient dit te worden gemeld via www.aim.vrom.nl. Het lozen van 'schoon' water vanuit niet-inrichtingen is in alle gevallen vergunningsplichtig in het kader van de Wvo. Voor kleinere, kortdurende lozingen geldt een meldingsplicht. Voor het lozen van water kan een Keurontheffing noodzakelijk zijn. Voor het aanbrengen van een lozingswerk is altijd Keurontheffing noodzakelijk.
Om verontreiniging van bodem, grond- en oppervlaktewater zo veel mogelijk te voorkomen zal toepassing van uitlogende bouwmaterialen (zoals koper, lood of zink) tot een minimum worden beperkt.
Advies Waterschap
Het voorontwerpbestemmingsplan is ter beoordeling aan het Waterschap Groot Salland voorgelegd. Waterschap Groot Salland heeft op 25 november 2009 een wateradvies gegeven. Dit advies en de gemeentelijke reactie hierop zijn opgenomen in Bijlage 5 Inspraak- en overlegreacties en in Bijlage 6 Commentaarnota inspraak- en overlegreacties.