Plan: | Raalte Kern, omgeving Kanaalstraat OZ 15 a en b |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0177.BP20100011-0003 |
Omgevingsvisie
De Omgevingsvisie behandelt diverse ruimtelijke aspecten en vervult daarom de rol van:
De Omgevingsvisie behandelt de provinciale belangen en het provinciale beleid voor de fysieke leefomgeving. In vergelijking met het streekplan Overijssel 2000+ worden verschillende beleidsonderwerpen beter op elkaar afgestemd. De nieuwe Wro en de Waterwet zijn instrumenten waarmee aan het beleid invulling kan worden gegeven.
De provincie wil meer op voorhand gaan sturen en is meer gefocust op gebiedsontwikkeling.
In de Omgevingsvisie vormen duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit de rode draad.
Duurzaamheid
Voor wat betreft het thema duurzaamheid heeft de provincie een lijst met prioriteiten opgesteld. Het gaat hier om aspecten die dermate cruciaal zijn voor de duurzame ontwikkeling van de provincie Overijssel dat deze in de uitvoering van de Omgevingsvisie het grootste gewicht krijgen.
Het gaat dan om:
Ruimtelijke kwaliteit
Omdat ruimtelijke kwaliteit subjectief is, is een goede ruimtelijke kwaliteit lastig te bepalen. De provincie hanteert daarom de volgende definitie: 'ruimtelijke kwaliteit is datgene dat ruimte geschikt maakt en houdt voor wat voor mens, plant en dier belangrijk is'.
Omgevingsverordening
Naast de Omgevingsvisie geldt de Omgevingsverordening. In deze verordening zijn bepalingen opgenomen waarmee rekening gehouden dient te worden in bestemmingsplannen en andere ruimtelijke plannen.
Voor bestemmingsplannen worden onder meer principes voor zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik opgenomen. Extra ruimtebeslag op een groene omgeving mag bijvoorbeeld alleen indien (her)benutting van bestaande bebouwing in de groene omgeving in redelijkheid niet mogelijk is of als de mogelijkheden voor functiecombinaties op bestaande erven optimaal zijn benut.
Ontwikkelingsperspectieven
Woonwijk: ruimte voor herstructurering, inbreiding en transformatie naar diverse woon- werk- en gemengde stadsmilieus.
Gebiedskenmerken
Natuurlijke laag: dekzandvlakte en ruggen, sturen op het beter zichtbaar maken van hoogteverschillen en het watersysteem is niet goed mogelijk vanwege de ligging binnen de bebouwde kom.
Laag van agrarisch cultuurlandschap: essenlandschap. Vanwege de ligging binnen de bebouwde kom en het feit dat het perceel reeds is bebouwd, is het in stand houden van de karakteristieke openheid via een beschermende bestemmingsregeling niet realistisch.
Stedelijke laag: woonwijken 1955 - nu: ontwikkelingen dienen zich te voegen in de aard maat en het karakter van het geheel.
Het gebied waarin de ontwikkeling plaatsvindt is voornamelijk te kenmerken als woonwijk. Aangezien het beleid van de provincie gericht is op herstructurering van naoorlogse wijken is de onderhavige ontwikkeling in overeenstemming met de Omgevingsvisie van de provincie Overijssel.