direct naar inhoud van 3.1 Rijksbeleid
Plan: De Flierefluiter, Raarhoeksweg 49
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0177.BP20100007-0003

3.1 Rijksbeleid

3.1.1 Nota Ruimte

De Nota Ruimte bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en de belangrijkste bijbehorende doelstellingen voor de komende decennia. Op 27 februari 2006 is de Nota Ruimte formeel in werking getreden. Het accent verschuift van toelatingsplanologie naar ontwikkelingsplanologie. Ruimte voor ontwikkeling betekent ook dat het Rijk voor ruimtelijke waarden van nationaal belang waarborgen creëert om die te kunnen behouden en ontwikkelen.

De nationale belangen omvatten globaal genomen:

  • Nationale planologische principes zoals gebundelde verstedelijking en versterking van de kwaliteiten van het landschap;
  • De ontwikkeling van de Randstad, de mainports en een aantal grote bouwlocaties;
  • De bescherming en ontwikkeling van een aantal groene en blauwe gebiedscategorieën;
  • Ruimtelijke garanties voor de nationale grondstoffen- en energieproductie.

De inwerkingtreding van de nieuwe Wro heeft ook gevolgen voor de doorwerking van het nationaal ruimtelijke beleid. Per 1 juli 2008 zijn pkb's, waaronder de Nota Ruimte, alleen nog bindend voor het rijk zelf en niet meer voor andere overheden.

In verband daarmee zijn de nationale ruimtelijke belangen opgenomen en uitgewerkt in de 'Realisatieparagraaf nationaal ruimtelijk beleid'. Hierin wordt ook aangegeven op welke wijze het Rijk deze belangen wil verwezenlijken. Het resultaat is een duidelijk overzicht van de kaders die het Rijk stelt aan het handelen van medeoverheden. De Realisatieparagraaf is in juni 2008 door het kabinet vastgesteld en heeft de status van structuurvisie. De uitgangspunten uit de Realisatieparagraaf zijn overgenomen in de AMvB Ruimte.

Voor wat betreft toeristisch-recreatieve voorzieningen geeft de Nota Ruimte aan dat deze, zowel kwalitatief als kwantitatief, onvoldoende aansluiten bij de recreatiewensen van onze samenleving. De samenstelling van de bevolking en het toenemende belang van vrijetijdsbesteding vragen om nieuwe vormen van openlucht- en verblijfsrecreatie en om aanpassing van het huidige toeristisch-recreatieve aanbod. De recreatiesector moet de ruimte krijgen om te kunnen anticiperen op de veranderende behoefte van de samenleving en om zich tot een economische drager (van delen) van het platteland te ontwikkelen. Daarmee is ook de vitaliteit van de meer landelijke gebieden van Nederland gebaat.

3.1.2 Agenda Vitaal Platteland

De Agenda Vitaal Platteland (AVP) is een integrale rijksvisie op het platteland. De nota is tegelijkertijd met de Nota Ruimte aan de Tweede Kamer aangeboden. Daar waar de Nota Ruimte het ruimtelijk beleid beschrijft, gaat de AVP uit van een integraal perspectief en gaat het in op de economische, ecologische en sociaal-culturele aspecten van het platteland. Aan de hand van de thema's verbreding van de landbouw, leefbaarheid, natuur en landschap en milieukwaliteit wordt de rijksvisie geformuleerd. In het algemeen wil het kabinet het beleid voor het landelijk gebied sturen op hoofdlijnen en niet meer regelen dan noodzakelijk is. Het rijk voert alleen specifiek beleid op bepaalde terreinen zoals de Ecologische Hoofdstructuur en de twintig Nationale Landschappen. Integratie en uitvoering van het beleid dienen op gebiedsniveau plaats te vinden. De overheid wil ruimte scheppen voor investeringen in groen en groene diensten door vermindering van regelgeving.

Ten aanzien van natuur en landschap wil het Rijk de mogelijkheden verruimen om het platteland te beleven. Hiertoe dient de toegankelijkheid en bereikbaarheid voor recreatie en toerisme in het agrarisch cultuurlandschap te worden verbeterd.

Ontwikkelingen in het landelijk gebied dienen zodanig te worden begeleid dat kwaliteit ontstaat, gebaseerd op een goed evenwicht tussen ecologische, economische en esthetische aspecten van het landschap. Het blijft de taak van de rijksoverheid om de Ecologische Hoofdstructuur te versterken.

Met gelden uit het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) wil het Rijk ervoor zorgen dat er meer samenhang komt in het plattelandsbeleid omdat gelden van diverse regelingen er in opgaan.

3.1.3 Conclusie toetsing aan nationaal beleid

Voorliggend bestemmingsplan heeft betrekking op een recreatief-toeristische voorziening in het buitengebied van de gemeente Raalte. Onder invloed van maatschappelijke en internationale ontwikkelingen is het Nederlandse platteland de afgelopen decennia veranderd van een voornamelijk agrarische productieruimte in een multifunctionele consumptieruimte voor iedereen. Het platteland kent veel functies, het is een plek om te wonen, te werken en te recreëren en een voorraadkamer voor water, natuur en agro-biodiversiteit. De uitdaging is om de wensen van de burger op het gebied van wonen, werken en vrije tijd samenhangend te combineren met duurzame en concurrerende landbouw, vitale natuur, vertrouwd platteland en duurzame waterberging. Het Rijksbeleid zoals neergelegd in de 'Nota Ruimte' en 'Agenda Vitaal Platteland' onderkent dit en ambieert ten aanzien van de recreatiesector dat deze de ruimte moet krijgen om te kunnen anticiperen op de veranderende behoefte van de samenleving en om zich tot een economische drager (van delen) van het platteland te ontwikkelen.

Het recreatiebedrijf 'De Flierefluiter' voorziet in een substantiële bijdrage aan het recreatief-toeristische product van de gemeente Raalte. Onderhavig recreatiebedrijf sluit naadloos aan bij de ambitie van het Rijk om een gezonde economische en sociale basis en een acceptabel voorzieningenniveau op het platteland te realiseren. Hiermee is ook de vitaliteit van het platteland gebaat. Zeer belangrijk daarbij is dat het betreffende bedrijf geen belemmeringen en/of hinder oplevert voor nabijgelegen bedrijven of woningen. Een goede, zorgvuldige belangenafweging in het kader van een goede ruimtelijke ordening is daarbij cruciaal. In de toelichting op dit bestemmingsplan wordt aangetoond dat betreffend bedrijf op deze locatie ruimtelijk aanvaardbaar is. Resumerend kan gesteld worden dat in het kader van dit bestemmingsplan geen nationale belangen in het geding zijn. De Flierefluiter is passend binnen de ambities van het Rijk zoals verwoord in de 'Nota Ruimte' en 'Agenda Vitaal Platteland'.