direct naar inhoud van Artikel 13 Sport
Plan: Mariënheem
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0177.BP20120011-0002

Artikel 13 Sport

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Sport ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sportvoorzieningen;

met de daarbijbehorende:

  • b. horecavoorzieningen voor zover rechtstreeks gerelateerd aan de ter plaatse uitgeoefende sportieve recreatie;
  • c. tuinen, erven en terreinen;

met daaraan ondergeschikt:

  • d. kinderopvang;
  • e. nutsvoorzieningen;
  • f. wegen, straten en paden;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. (infiltratie)groenvoorzieningen;
  • i. water;
  • j. evenementen.

13.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen ten dienste van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

13.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a zijn buiten het bouwvlak gebouwen in de zin van bergingen, tribunes en sanitaire voorzieningen toegestaan, met dien verstande dat:
    • 1. voor bergingen een maximale gezamenlijke oppervlakte van 50 m2 geldt;
    • 2. voor tribunes en sanitaire gebouwen een maximale gezamenlijke oppervlakte van 350 m2 geldt;
  • c. de goot- en bouwhoogte van een gebouw mag niet meer bedragen dan de op de verbeelding aangegeven hoogte, met dien verstande dat voor gebouwen als bedoeld onder b geldt dat de bouwhoogte:
    • 1. van bergingen niet meer dan 3 m mag bedragen;
    • 2. van tribunes en sanitaire gebouwen niet meer mag bedragen dan 4,5 m.

13.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van ballenvangers mag niet meer dan 10 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van lichtmasten mag niet meer dan 18 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 5 m bedragen;
  • e. overkappingen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak.

13.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend bebouwingsbeeld;
  • b. het behoud van de ruimtelijke kwaliteiten van het terrein;
  • c. de sociale veiligheid;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • e. een goede woonsituatie;
  • f. de milieusituatie.