Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Neppelenbroekerdijk 9 en Pleegsterdijk 18
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0177.BP20100014-0003

Artikel 4 Wonen

4.1 Bestemmingsomschrijving

 
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. het wonen daaronder begrepen kleinschalige beroepen- en bedrijven-aan-huis;
  2. bed & breakfast;
  3. tevens de in tabel 4.1 vermelde nevenfuncties;
  4. evenementen;
  5. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen,
  6. tuinen, water en paardenbakken.
Tabel 4.1 Nevenfuncties die bij recht zijn toegestaan
Nevenfunctie
Maximaal aantal m2
 
Gronden in gebruik voor nevenfunctie
Bestaande bebouwing in gebruik voor nevenfunctie
Verkoop-aan-huis van streekeigen agrarische producten
-
100
Inpandige opslag en stalling
-
500
Ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten (kaasmakerij, imkerij, riet- en vlechtwerk, klompenmakerij
-
200
Kano-, boot of fietsenverhuur
-
100

4.2 Bouwregels

 
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
  1. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak en ten dienste van de bestemming worden gebouwd;
  2. bijgebouwen mogen uitsluitend achter de voorgevel gebouwd worden;
  3. de afstand tussen de woning en het bijgebouw bedraagt ten hoogste 20 m;
  4. verder geldt het volgende:
  
 
Max. aantal per bouwvlak
Max. inhoud
Max. oppervlak
Max. goothoogte
Max. bouwhoogte
dakhelling
Woningen(inclusief aan- en uitbouwen)
Één, tenzij middels een maatvoeringsaanduiding anders is aangegeven
750 m3
 
4,5 m
10 m
20°/55°
Bijgebouwen:
-    Waarvan ten behoeve van aan en uitbouwen
 
  
100 m2
 
50 m2
3 m
 
3 m
6 m
 
6 m
 
Verlichting ten behoeve van paardenbakken
    
6 m
 
Erf- of terreinafscheidingen:
-    Voor de voorgevel
-    Overige plaatsen
       
1 m
  
2 m
 
Overige bouwwerken
    
3 m
 

4.3 Afwijken van de bouwregels

 
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 4.2 teneinde het maximumoppervlak aan bijgebouwen te vergroten tot 250 m² met inachtneming van het volgende:
  1. afwijking van de regels wordt uitsluitend toegelaten indien de bouw van extra bijgebouwen noodzakelijk is voor het uitoefenen van hobbymatige agrarische of natuurgerichte activiteiten;
  2. afwijking van de regels wordt uitsluitend toegelaten indien de bouw van extra bijgebouwen noodzakelijk is voor werkzaamheden die bijdragen aan het behoud en de ontwikkeling van het karakteristieke landschap;
  3. er dient ten minste 1 ha grond in beheer te zijn;
  4. de extra bebouwing dient landschappelijk inpasbaar te zijn en dient bij te dragen aan de ruimtelijke kwaliteit.
  

4.4 Specifieke gebruiksregels

 
  1. Paardenbakken buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
  2. Buitenopslag ten behoeve van de nevenfunctie is niet toegestaan.
  3. Bij een combinatie van nevenfuncties mag het bebouwingsoppervlak ten behoeve van de activiteiten niet meer bedragen dan 800 m² en mag er niet meer dan 5.000 m² aan onbebouwde gronden in gebruik worden genomen.
  4. Bed & breakfast is uitsluitend toegestaan in de woning.
  5. Het aantal slaapplaatsen ten behoeve van bed & breakfast bedraagt ten hoogste 4.
  6. Nevenfuncties zijn uitsluitend toegestaan binnen bestaande bebouwing met dien verstande dat het vloeroppervlak ten behoeve van de nevenfuncties ten hoogste 35% van de maximaal toegestane bebouwing bedraagt.
  7. De vloeroppervlakte ten behoeve van kleinschalige beroepen- en bedrijven-aan-huis bedraagt ten hoogste 35% van de maximaal toegestane bebouwing met een maximum van 50 m²; in het kader van deze kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten is geen horeca en detailhandel toegestaan.

4.5 Afwijken van de gebruiksregels

 
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1 ten behoeve van de nevenfunctie kleinschalig kamperen met dien verstande dat:
  1. de nevenfunctie is alleen toegestaan in de periode 15 maart tot en met 31 oktober;
  2. het aantal standplaatsen ten hoogste 25 bedraagt;
  3. uitsluitend mobiele kampeermiddelen, niet zijnde stacaravans, zijn toegestaan;
  4. de afstand tot het bouwvlak van derden ten minste 50 m bedraagt;
  5. de afstand tot andere verblijfsrecreatieve terreinen ten minste 500 m bedraagt;
  6. een inrichtingsplan wordt overlegd waarin wordt aangetoond dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing en een toename van ruimtelijke kwaliteit van het gebied conform de eisen uit het Landschapsontwikkelingsplan zoals is vastgesteld. Dit inrichtingsplan dient vergezeld te gaan met een deskundigenadvies over de inrichting van erf;