direct naar inhoud van Artikel 7 Bos
Plan: Luttenberg
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0177.BP20090035-0004

Artikel 7 Bos

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bos;
  • b. instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende danwel daaraan eigen landschaps- en natuurwaarden,
  • c. extensieve openluchtrecreatie, voor zover de onder b bedoelde waarden niet onevenredig worden aangetast.
  • d. kapel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'religie';
  • e. amfitheater, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'theater';
  • f. tennisbaan, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'tennisbaan';
  • g. bijgebouwen behorende bij een op hetzelfde bouwperceel gelegen woning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen'.

7.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen ten dienste van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

7.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'religie' mag:
    • 1. de oppervlakte van gebouwen niet meer dan 50 m² bedragen;
    • 2. de goothoogte en bouwhoogte niet meer dan 3 m respectievelijk 5,5 m bedragen;
    • 3. de dakhelling niet minder dan 25° en niet meer dan 50° bedragen.
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'theater' mag:
    • 1. de oppervlakte van het podium niet meer dan 75 m² bedragen;
    • 2. de bouwhoogte niet meer dan 5 m bedragen;
    • 3. de dakhelling niet minder dan 25° bedragen.
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mag:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen per woning niet meer bedragen dan 10 m²;
    • 2. de bouwhoogte niet meer bedragen dan 3 m.
7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling:

  • a. de bouwhoogte van lichtmasten mag niet meer dan 10 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

7.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.3.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het egaliseren, afgraven en ophogen van gronden;
  • b. het aanleggen en verharden van wegen, paden en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen van ondergrondse leidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur.
7.3.2 Uitzonderingen op verbod

Het in sublid 7.3.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:

  • a. in het kader van het normale beheer en onderhoud;
  • b. waarmee op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan:
    • 1. is begonnen, voor zover daarvoor tot dat tijdstip geen omgevingsvergunning was vereist;
    • 2. is of mag worden begonnen krachtens een verleende omgevingsvergunning.
7.3.3 Weigeringsgronden

Een in 7.3.1 genoemde vergunning mag alleen en moet worden geweigerd, indien door de uitvoering van het werk dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, blijvend onevenredig afbreuk wordt gedaan aan de landschaps- en ecologische waarden van het gebied en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.