direct naar inhoud van 6.2 Nadere toelichting op de regels
Plan: Raalte Kern
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0177.BP20080002-0003

6.2 Nadere toelichting op de regels

Bedrijf

Deze bestemming betreft locaties waar thans al sprake is van bedrijvigheid. Bedrijven als genoemd in de categorieën 1 en 2 van bijgevoegde lijst van bedrijven zijn toegestaan; dit betreft vrij "lichte" bedrijvigheid die in een gebied als het onderhavige in het algemeen toelaatbaar wordt geacht. Ook is het mogelijk om een bedrijf, dat niet is genoemd in de bedrijvenlijst dan wel dat voorkomt in een hogere categorie, toe te staan na ontheffing. Hiertoe dient te worden nagegaan of het bedrijf naar aard en invloed op de omgeving vergelijkbaar is met de toegestane bedrijvigheid. Bedrijven die al aanwezig zijn, maar vallen in een hogere categorie, zijn specifiek aangeduid op de verbeelding en in de regels genoemd (respectievelijk. opgenomen in een specifieke bijlage). Daarmee worden de bestaansrechten van deze bedrijven gerespecteerd.

Van belang is, dat risicovolle activiteiten zijn uitgesloten. Dit betreft bedrijvigheid die valt onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen en vuurwerkbedrijven. Daarnaast zijn hinderlijke bedrijven expliciet uitgesloten. Dit betreft Wet geluidhinderinrichtingen en inrichtingen waarvoor een Milieueffectrapportage aan de orde is/kan zijn.

Bedrijfswoningen zijn niet in hun algemeenheid toegestaan, maar alleen daar waar dit op de verbeelding is aangegeven. In dat geval is aan de bedrijfswoning ook een bijgebouwenregeling gekoppeld. Deze regeling betreft dus de aan- en bijgebouwen bij de bedrijfswoning en niet bij de bedrijfsgebouwen.

Aanbouwen en bijgebouwen alsmede overkappingen moeten bij bedrijfswoningen binnen het bouwvlak worden gerealiseerd omdat binnen de bouwvlakken bij deze bestemming voldoende ruimte is voor uitbreiding ten behoeve van opslag en opstal.

Voor de andere bestemmingen met bedrijfswoningen ligt dat anders, daar is over het algemeen minder ruimte binnen de bouwvlakken.

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde en geen overkappingen zijnde geldt dat deze wel buiten de bouwvlakken mogen worden opgericht.

Bedrijf - Nutsbedrijf

Voor openbare nutsvoorzieningen geldt, dat deze tot een oppervlakte van 15 m2 en tot een hoogte van 3 m vergunningsvrij zijn (ex artikel 3 lid 1 sub h Besluit bouwvergunningsvrije en licht bouwvergunningplichtige bouwwerken (Bblb). Deze hoeven dus niet te worden geregeld in het bestemmingsplan maar zijn gewoon toegestaan. De grotere nutsvoorzieningen moeten wel expliciet worden geregeld in het bestemmingsplan, waarin met deze bestemming wordt voorzien.

Centrum

De centrumbestemming betreft een mengbestemming en laat verschillende functies toe, die tot op zekere hoogte onderling uitwisselbaar zijn. Op deze manier wordt een evenwicht beoogd tussen een zekere mate van flexibiliteit die vereist is voor een soepel verloop van functies in het centrumgebied enerzijds, en een ruimtelijke afweging ten aanzien van de toegelaten functies en de voorwaarden waaronder deze kunnen bestaan anderzijds.

De bestemming voorziet in de hoofdfuncties wonen, detailhandel, horeca, en dienstverlening. In beginsel wordt uitgegaan van de bestaande woningen, zij het dat de woningen in oppervlakte (dus niet in aantallen) iets mogen toenemen. Dit om de dynamiek van het centrum te behouden en te bevorderen, een teveel aan woningen betekent immers minder aanbod in andere voorzieningen. Na ontheffing kunnen nieuwe woningen worden toegestaan op de verdieping, dus niet op de begane grondlaag. Voor detailhandel geldt dat "volumineuze detailhandel II" uit het centrum word geweerd. Dit betreft detailhandel in auto's, boten, caravans en tenten, grove bouwmaterialen, brand- en explosiegevaarlijke stoffen en bouwmarkten en tuincentra (zie artikel 1 "Begrippen"). Voor detailhandel die valt onder "volumineuze detailhandel I" (detailhandel in keukens, badkamers en sanitair en in woninginrichting) dan wel voor supermarkten geldt, dat de bruto-vloeroppervlakte per bedrijf beperkt is tot 2.000 m2. Voor horeca geldt, dat een beperking is opgenomen tot de categorieën 1 en 2 van de bijgevoegde lijst van horecabedrijven. Discotheken en dergelijke zijn daardoor uitgesloten. Verder geldt dat de huidige oppervlakte aan horeca-bedrijven mag worden vermeerderd met 800 m2. Na ontheffing kan deze oppervlakte eventueel worden vermeerderd tot in totaal 1.300 m2. Dienstverlening is overal en zonder verdere beperkingen toegestaan.

Verder kan nog worden gewezen op de mogelijke aanleg van horecaterrassen, die specifiek zijn aangeduid, en op de ondergrondse parkeergarage die specifiek is aangegeven. Elders kan geen ondergrondse parkeergarage worden gebouwd.

Cultuur en ontspanning

Deze bestemming betreft een museum en een speeltuinvereniging. Daarnaast is er een waardevolle boom aanwezig, die als zodanig is aangeduid. De boom wordt beschermd via een aanlegvergunningenstelsel.

Detailhandel

De in het plangebied aanwezige winkels zijn als zodanig bestemd. Ter plaatse van de Welkoopwinkel is een specifieke aanduiding opgenomen, waardoor daar alleen detailhandel is toegestaan die valt binnen de categorie "volumineus I" en bouwmarkt. Bij de bouwmarkt kan worden aangetekend dat deze geen bouwmaterialen specifiek voor de ruwbouw van gebouwen mag verkopen. Supermarkten zijn niet toegestaan binnen de hele bestemming. Bedrijfswoningen zij toegestaan, waaraan ook hier weer een bijgebouwenregeling (vergelijkbaar met die bij reguliere woningen) is gekoppeld.

Gemengd

Deze bestemming betreft functies buiten het centrum die nevengeschikt zijn aan elkaar. De regeling voorziet in wonen (bestaand, eventueel na ontheffing nieuwe woningen mogelijk op de verdiepingen), detailhandel (echter geen vuurwerk en geen volumineuze detailhandel II) en horeca in de categorieën 1 en 2. Ook zijn maatschappelijke voorzieningen toegestaan.

Groen

Deze bestemming laat onder andere groen- en speelvoorzieningen toe doch biedt ook mogelijkheden voor (ondergrondse) voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding en voor fiets- en voetgangerstunnels. Daarnaast is sprake van diverse aanduidingen die voorzien in een toegevoegde functie.

Binnen "Groen" zijn ook verhardingen mogelijk, hierbij kan ook gedacht worden aan bijvoorbeeld verhardingen om bij calamiteiten als doorgang te fungeren of als standplaats voor een brandweerwagen die gebruik maakt van de naastgelegen waterpartij.

Evenementen

In het centrum van Raalte vinden jaarlijks evenementen plaats op het terrein Domineeskamp en de openbare ruimte van het kernwinkelgebied (Grote Markt, De Plas, Grotestraat, Herenstraat, Marktstraat en Molenhof.). Deze terreinen hebben in dit plan een openbare bestemming "Groen" en/of "Verkeer - Verblijfsgebied" gekregen. In de bestemmingsomschrijving van deze openbare bestemmingen is tevens aangegeven dat deze gronden zijn bestemd voor evenementen. In artikel 1 Begrippen wordt omschreven wat onder een evenement wordt verstaan. Ook binnen de bestemming "Sport" zijn evenementen mogelijk gemaakt.

Het gaat hierbij om ruimtelijk relevante evenementen (op basis van omvang, duur en uitstraling) die in dit bestemmingsplan worden geregeld. Kleinschalige evenementen, die in het algemeen sowieso zijn toegestaan, aangezien deze niet ruimtelijk relevant zijn, zullen niet aan het bestemmingsplan worden getoetst.

De inhoudelijke afweging ten aanzien van de toelaatbaarheid van grootschalige evenementen zal plaatsvinden via de APV en de uitwerking daarvan in de gemeentelijke Evenementennota 2008. Hierin worden ook voorwaarden met betrekking tot als overlast genoemd. Deze nauwkeurige afweging voor het toestaan van evenementen ten opzichte van de omgeving zal net als voorheen in het kader van de vereiste vergunning op basis van de APV plaatsvinden.

De in het bestemmingsplan opgenomen regeling voor evenementen betreft een planologisch flexibele regeling voor ruimtelijk relevante evenementen die voldoen aan de Evenementennota 2008 en de APV. De regeling in het plan is faciliterend bedoeld en niet bedoeld om op voorhand uitbreiding van evenementen mogelijk te maken.

Horeca

De bestemming "Horeca" bevat een koppeling naar de opgenomen horecalijst, waarbij horeca uit de "lichte"categorieën 1 en 2 wordt toegestaan. Daarnaast mag worden gewoond in de bestaande woningen, hetzij als bedrijfswoning, hetzij als "burger"woning.

Kantoor

Uit artikel 1 (Begrippen) volgt, dat binnen de kantoorbestemming geen baliefunctie is toegestaan (want het publiek wordt niet rechtstreeks te woord gestaan of geholpen). Verder is van belang, dat ook hier een ondergrondse parkeergarage is geregeld.

Maatschappelijk

Deze bestemming voorziet primair in een aantal uiteenlopende, min of meer openbare functies op sociaal, medisch, cultureel en maatschappelijk gebied.

Daarnaast is sprake van een tussenvorm (wonen - sociaal-medische begeleiding) met betrekking tot aanwezige zorgwoningen. Ook de begraafplaats is begrepen onder deze bestemming.

Recreatie

De bestemming "Recreatie" voorziet in dagrecreatie. Ook de aanwezige volkstuinen zijn hier ondergebracht. Verblijfsrecreatie is uitdrukkelijk niet de bedoeling.

Sport

Relevant binnen deze bestemming is, dat in beginsel binnen het bouwvlak moet worden gebouwd, maar dat daarnaast ook nog wat bouwmogelijkheden bestaan voor materialenbergingen en dergelijke, buiten het bouwblok. Horeca mag, mits direct gerelateerd aan de sportvoorziening. Daarbij wordt met name gedacht aan sportkantines en dergelijke. Binnen deze bestemming zijn ook evenementen toegestaan.

Tuin

Op de gronden met deze bestemming mogen bouwwerken geen gebouwen zijnde met een hoogte van 1 meter worden gebouwd, alsmede pergola's met een hoogte van 2,70 m en vlaggenmasten/lichtarmaturen met een hoogte van 6 m. Er is voor aangrenzende woonfuncties een speciale regeling voor de bouw van carports en erkers ten dienste van de aangrenzende woonbestemming opgenomen. Ook zijn bijgebouwen toegestaan waar dit op de kaart is aangegeven. Voor de bijgebouwenregeling wordt verwezen naar de regeling die hoort bij de aangrenzende woonbestemming.

Om te bepalen tot waar de tuingrens is opgenomen op de verbeelding, is uitgegaan van de volgende keuze:

Beleidskeuze bijgebouwen op hoekpercelen

Wat betreft de hoekpercelen geldt als algemeen uitgangspunt een zone onbebouwd van 3 meter, voorzover de gronden gelegen zijn direct aan de openbare weg langs de zijgevel van een woning.

Voor de bouw van bijgebouwen op hoekpercelen bij woningen (niet zijnde gestapelde woningen) gelden de volgende regels (zie ook afbeeldingen op volgende pagina):

  • Uitgangspunt is een praktische benadering, die aan de ene kant zoveel mogelijk stedenbouwkundige principes honoreert, maar ook rekening houdt met de wensen van bewoners.
  • In principe wordt er een strook van 3 meter vrijgehouden in de zijtuin, indien deze grenst aan doorgaande wegen (de zijtuinstrook). Zo wordt voorkomen, dat bijgebouwen op de perceelgrens worden gebouwd. Bijgebouwen op de zijdelingse perceelgrens leiden tot vernauwing en verstening van het woongebied. Dit wordt stedenbouwkundig niet acceptabel geacht. Bestaande bijgebouwen in deze zijtuinstrook worden niet wegbestemd. Echter nieuwe bouwaanvragen zullen worden getoetst aan dit beleid (voorbeeld 1 en 2).
  • Indien een bestaande woning op minder dan 1 meter vanaf de zijdelingse perceelgrens is gesitueerd wordt ervoor gekozen om op die strook wel bijgebouwen toe te staan. In feite heeft immers de verstening hier plaatsgevonden (voorbeeld 3).
  • Er geldt geen zijtuinstrook indien de woning gelegen is aan openbaar groen (een groenstrook van minimaal 3 meter breed) (voorbeeld 4), een pad/weg naar binnenterreinen (niet doorlopende routes) (voorbeeld 5) of parkeerstroken (voorbeeld 6).
  • Wel dient in alle gevallen voorkomen te worden dat op een hoekperceel bijgebouwen komen te liggen voor de voorgevellijn van woningen, die op de zijstraat zijn georiënteerd. Dit wordt dan ook niet toegestaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0177.BP20080002-0003_0002.jpg"

Verkeer

Binnen deze verkeersbestemmingen zijn ook voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, alsmede parkeer- en groenvoorzieningen en diverse andere - mits ondergeschikte - voorzieningen realiseerbaar. De bestemming richt zich met name op het doorgaande verkeer.

Verkeer - Railverkeer

Naast spoorwegvoorzieningen is hier ook een horecafunctie toegestaan waar dit als zodanig is aangeduid. Het gaat daarbij om categorie 1 uit de horecalijst (hier een restaurant).

Verkeer-Verblijfsgebied

Deze bestemming heeft vooral betrekking op wegen met het karakter van een woonstraat. Daarnaast zijn diverse andere functies toegestaan. Voor wat betreft luifels ten dienste van de bestemming Centrum kan worden opgemerkt, dat deze luifels 1,50 meter de verkeersbestemming mogen overlappen. Gebouwen zijn in principe niet toegestaan, tenzij dat specifiek zo is aangegeven/geregeld.

Water

Naast de feitelijke verschijningsvorm van deze functie (water) is ook de waterbergende functie van belang. Gebouwen zijn in beginsel niet toegestaan, tenzij het gaat om een gebouw ten dienste van een waterhuishoudkundig project. Dit mag rechtens (ontheffing is dus niet nodig) en tot een oppervlakte van 25 m2.

Wonen - 1, Wonen - 2 , Wonen - 3

Het plan kent een drietal echte woonbestemmingen. Aanduidingen op de verbeelding geven weer welk woningtype is toegestaan, vrijstaand, vrijstaand-geschakeld, twee-aaneengebouwd, aaneengebouwd, woonwagens. Het verschil in toekennen van de bestemmingstypen (1, 2 of 3) hangt samen met de toegestane goot- en bouwhoogtes van de hoofdgebouwen. De bepalingen ten aanzien van de situering en ten aanzien van de aanbouwen en bijgebouwen zijn gelijk. Beroepen en/of bedrijven aan huis zijn gewoon toegestaan. Het gaat om beroepen/bedrijfjes die wegens hun aard als passend binnen de woonfunctie worden geacht. Dit betekent ook, dat sprake dient te zijn van ondergeschiktheid aan de woonfunctie. Grotere bedrijvigheid past niet zomaar, hiervoor is dus een afzonderlijke regeling vereist. De specifieke gebruiksregels (lid 20.5, lid 21.5 en lid 22.4) geven weer wanneer een gebruik voor een beroep of bedrijf in overeenstemming met de bestemming wordt geacht.

De toegestane goothoogte, bouwhoogte en dakhelling van bijgebouwen is weergegeven in een schema. Daarbij is van belang, dat hoe dan ook mag worden aangesloten bij de dakhelling van het hoofdgebouw. De maximale oppervlakte mag 75 m2 bedragen bij een bebouwingspercentage van de te bebouwen gronden van 50. Dit lijkt een verruiming ten opzichte van eerdere plannen, maar komt voort uit het vertalen van (delen van) het artikel 19 lid 3-beleid (buitenplanse vrijstellingen) naar het bestemmingsplan. Er is voor gekozen om bepaalde zaken rechtens toe te staan, om het aantal ontheffingenprocedures te verkleinen. Een ander onderdeel dat voortvloeit uit het vroegere artikel 19 lid 3-beleid is de in het plan opgenomen regeling ten aanzien van overkappingen.

Voor een aantal percelen in plangebied De Berkte (Raalte Noord) is een functieaanduiding "beroep aan huis" opgenomen. Hiermee wordt duidelijk gemaakt dat in afwijking van de bestaande bijgebouwenregeling, die is gekoppeld aan een bebouwingspercentage, ter plaatse de gezamenlijke oppervlakte aanbouwen en bijgebouwen ten behoeve van een beroep aan huis mag worden uitgebreid tot 70 m2waarbij geen bebouwingspercentage voor de te bebouwen gronden geldt.

Voor een kapsalon aan huis aan de Deventerstraat 89 is een aparte aanduiding "bedrijf aan huis" op de verbeelding opgenomen. In de regels is verder geregeld dat de bestaande oppervlakte die hiervoor tijdens de tervisielegging van het ontwerpplan in gebruik is, mag worden gehandhaafd.

Voor een drietal praktijken aan huis aan de Markeweg 29, De Hilde 82 en Melisse 3 is een aparte aanduiding "beroep aan huis" opgenomen. In tegenstelling tot de overige in het plan voorkomende aanduidingen "beroep aan huis" in Raalte Noord mag hier de bestaande, tijdens de tervisielegging voor praktijkruimte in gebruik zijnde oppervlakte, worden gehandhaafd.

Voor mantelzorg is een aparte inwoningsregeling opgenomen. Zo kunnen burgemeester en wethouders ten behoeve van mantelzorg ontheffing verlenen voor het gebruik van een deel van het hoofdgebouw of bijgebouwen bij een woning als afhankelijke woonruimte (inwoning). Overigens mag niet meer dan 75 m2 van het hoofdgebouw en/of bijgebouwen worden gebruikt ten behoeve van inwoning.

Leiding

Ook hier is sprake van een dubbelbestemming, waarbij het belang van de betreffende leiding voorop staat. Pas na een belangenafweging kan een ontheffing worden verleend voor het bouwen ten dienste van de basisbestemming. Met "basis"bestemming wordt de onderliggende bestemming bedoeld, de term "basis" duidt niet op een rangschikking. Uit oogpunt van veiligheid is het belang van de leiding primair.

Waarde - Archeologie

Direct ten noorden van het plangebied is tussen de Wolthaarsdijk Westzijde en de N348 (Provinciale Ommerweg) een AMK-terrein aanwezig. Dit is een terrein waarvan de archeologische waarde bekend is. Het gaat om een terrein met een hoge tot zeer hoge archeologische waarde. Omdat dit AMK-terrein voor een klein deel in het plangebied is gelegen geldt hier de dubbelbestemming "Waarde-Archeologie". Ter plaatse van deze dubbelbestemming kan niet worden gebouwd. Ontheffing kan worden verleend als de regionaal archeoloog is gehoord en dit goed is onderbouwd. Verder worden de gronden ook beschermd middels een aanlegvergunningensysteem.

Waarde - Archeologische verwachtingswaarde

In verband met verwachte archeologische waarden is voor een nader aangeduid gebied een dubbelbestemming opgenomen en is bepaald dat voor grotere ingrepen een bouwverbod geldt. Het gaat hierbij concreet om gebieden met een middelhoge en hoge verwachtingswaarde en om ingrepen van meer dan 100 m2.

Verder worden de gronden ook beschermd middels een aanlegvergunningensysteem.

Waterstaat

Deze bestemming betreft de gronden die primair van belang zijn voor waterkering en de afvoer van water en dergelijke.

Omdat het een dubbelbestemming betreft zijn de gronden tevens bestemd voor een andere functie die, mits geen afbreuk wordt gedaan aan de 'water'functie, toelaatbaar moet worden geacht. Bebouwing ten dienste van en conform de basisbestemming is wederom mogelijk middels ontheffing.

Anti-dubbeltelregel

Deze regeling is opgenomen om een ongewenste verdichting van de bebouwing te voorkomen. Deze zou zich kunnen voordoen indien een deel van een bouwperceel dat reeds bij de berekening van een maximaal bebouwingspercentage was betrokken wederom bij een dergelijke berekening, doch nu ten behoeve van een ander bouwperceel wordt betrokken.

Algemene gebruiksregels

Gebruik mag uitsluitend plaatsvinden in overeenstemming met de bestemming. Dit volgt uit de Wro. Om iedere discussie te voorkomen, is ten aanzien van een tweetal gebruiksvormen expliciet aangegeven dat dit hoe dan ook als strijdig gebruik wordt aangemerkt. Zo is in verband met geschrapte bordeelverbod expliciet opgenomen dat onder strijdig gebruik in ieder geval wordt verstaan het gebruiken van gebouwen ten behoeve van een seksinrichting. Het feit dat een bijzondere gebruiksbepaling is opgenomen betekent overigens niet dat met behulp van een a contrario-redenering ander gebruik toelaatbaar moet worden geacht. Het gebruik zal steeds moeten worden getoetst aan de doeleindenomschrijving in samenhang met de verbeelding en de bouwregels.

Veiligheidszone - lpg

Deze aanduidingsregel voorziet in een veiligheidsregel ten aanzien van de zone rondom een lpg-installatie. De regeling vloeit voort uit de regelgeving ten aanzien van externe veiligheid (Besluit externe veiligheid inrichtingen en Regeling externe veiligheid inrichtingen).

Vrijwaringszone - Straalpad

Ook hier is sprake van een aanduidingsregel. In beginsel mag niet door het straalpad worden gebouwd, hetgeen zich uit in een maximale bouwhoogte van 25 meter. In de praktijk zal dit weinig problemen opleveren.

Geluidzone - industrie

Deze zone vloeit voort uit een zonering ingevolge de Wet geluidhinder. Buiten de zone mag een geluidwaarde van 50 dB (A) niet worden overschreden. Dit betekent dat de geluidsbelasting vanwege industrie voor geluidgevoelige objecten buiten de zone is gewaarborgd, maar binnen de zone niet. Het laatste heeft tot gevolg, dat binnen de zone in beginsel geen nieuwe geluidgevoelige objecten zijn toegestaan, tenzij kan worden voldaan aan de normstellingen van de Wet geluidhinder.

Algemene ontheffingsregels

In deze regel is aan burgemeester en wethouders een ontheffingsbevoegdheid toegekend voor een aantal nader omschreven ontheffingen.

Indien de verbeelding niet geheel blijkt overeen te stemmen met de werkelijke afmetingen in het terrein kunnen burgemeester en wethouders ontheffing verlenen van het plan teneinde afwijkingen op ondergeschikte punten mogelijk te maken. De bepaling geeft de voorwaarden aan waaronder een dergelijke ontheffing kan worden verleend.

Voorts is een ontheffingsmogelijkheid opgenomen voor onderdelen van hoofdgebouwen.

Het verlenen van ontheffing mag geen automatisme zijn. Burgemeester en wethouders zullen het verlenen van ontheffing moeten afwegen en motiveren conform het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht.

Algemene wijzigingsregels

Deze regels bevatten diverse wijzigingsbevoegdheden. Deze zijn afgeleid uit de vigerende plannen en bieden in beginsel noch een verruiming, noch een inperking ten opzichte van deze reeds bestaande bevoegdheden. Aan de wijzigingsbevoegdheden zijn onder meer parkeernormen verbonden. Dit laatste hangt onder andere samen met het feit dat de bouwverordening op termijn geen stedenbouwkundige regels en dus ook geen parkeernormen meer zal bevatten.

Algemene procedureregels

In dit artikel is voorgeschreven welke voorbereidingsprocedure moet worden gevolgd bij het voornemen tot het verlenen van ontheffing dan wel tot het opleggen van een nadere eis.

Overgangs- en slotregels

Bouwwerken die op het tijdstip van de tervisielegging van het plan bestaan, in uitvoering zijn of mogen worden gebouwd krachtens een op dat moment reeds aangevraagde bouwvergunning mogen in beginsel gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd, mits de bestaande afwijkingen naar hun aard niet worden vergroot. Bij de vraag of de afwijking wordt vergroot kan ook het gebruik relevant zijn.

In het tweede lid is het gebruiksovergangsrecht opgenomen. Bestaand gebruik mag in beginsel worden gehandhaafd. Ook is een uitsluitingsclausule opgenomen voor gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

Illegale bouwwerken en/of illegaal gebruik vallen niet onder het overgangsrecht. Daarnaast eindigt de bescherming van het overgangsrecht indien het afwijkende gebruik langer dan een jaar wordt onderbroken.